Felia van Hengstum

Felia van Hengstum, zomervakantie 2014

Deze foto is al iets ouder, uit de zomervakantie van 2014 in Griekenland. Maar het plaatje symboliseert zo mooi mijn gevoel op de boot: wind in de haren, eigen huisje bij je, op weg naar nieuwe plekken. Kijken wat de dag ons brengt.

Hoe het allemaal begon

In april 1971 werd ik geboren in Hilversum.

De basisschool die ik bezocht stond in Bilthoven: de Kees Boeke School. Wat ik me uit die tijd herinner is vooral dat we veel creatief bezig waren: we maakten werkstukken, kookten samen, maakte toneelstukjes en voerden die aan het eind van iedere week op. De schuifdeuren van de klas gingen open en zo was er een optreden “tussen de schuifdeuren”. Zo vaak als mocht deed ik daar aan mee en ik bracht hele middagen op de gang door om te oefenen voor het toneelstukje van de komende vrijdag. Ook was er een moestuin waarin we werkten en schoren we de schapen. Ik herinner me lange pauzes buiten op een, in mijn ogen, enorm groot grasveld. Een overheersend gevoel van vrijheid en ruimte, letterlijk, maar ook ruimte om te doen waarin je interesse had. En ruimte in tijd, ik kan me niet herinneren dat werk op een bepaalde tijd af moest zijn.

Net als op school hadden we thuis ook een moestuin, dat wil zeggen, mijn ouders hadden een moestuin op een volkstuinencomplex in Soest. Zo leerden mijn zusje en ik al jong over het eten uit eigen tuin en hoe groenten verbouwd moeten worden. Als het tijd was om te oogsten gingen we een dag naar de moestuin om ’s middags met sperziebonen, snijbonen, sla, komkommer, bessen en ongetwijfeld nog veel meer weer naar huis te gaan. Alles werd ingevroren, ingemaakt (zoet- zure komkommer) of tot jam gekookt.

Ongetwijfeld heb ik op de basisschool ook leren lezen, want dat doe ik nog steeds graag. Maar dat kan natuurlijk ook zijn gevoed door mijn moeder, zij werkte destijds bij de bibliotheek. We kregen het lezen met de paplepel ingegoten: voor het slapengaan nog even lezen, in de vakanties werden we voorgelezen: lekker in de schaduw siësta houden en luisteren naar een verhaal.

Mijn vader werkte als lichtontwerper bij de televisie. Een creatief vak dus. Nog steeds houdt hij zich bezig met ontwerpen, maar nu met digitale fotokunst.

Het creatief denken en interesse in dingen als lezen, koken, cultuur en creatief bezig zijn kreeg ik dus van huis uit mee.

Na de basisschool volgde de middelbare school. Ik ging naar het Alberdink Thijm college in Hilversum.

Dansles

In die tijd gingen veel middelbare scholieren op dansles, zo ook mijn vriendin en ik. We schreven ons in bij danscentrum Van Bommel, vast besloten om tango, jive en rumba onder de knie te krijgen. Helaas is mijn ritme- gevoel niet al te best, ongeveer 0 eigenlijk, maar gelukkig ontmoette in Ben bij de dansles. Behalve dat ik Ben een erg leuke jongen vond en hij ook aandacht voor mij had, kon hij ook nog eens goed dansen. Hoera! Het was het begin van onze relatie. Hoe traditioneel . We hebben uiteindelijk meer dan 6 jaar dansles gevolgd. Zelfs nog beide keren dat ik zwanger was. Met dikke baby-buik tussen de scholieren was wel een aparte ervaring; ook voor die scholieren denk ik. Gelukkig hoefden Ben en ik niet van danspartner te wisselen, zoals wel gebruikelijk was bij ‘de scholieren’.

Ben bleek ook op het Alberdink Thijm college te zitten. Ergens tussen de kluisjes kreeg ik mijn eerste zoen van hem. Het was op een vrijdagmiddag, ik moest nog naar de gymles, Ben was al vrij. Ik denk dat ik de gymles op vleugels liep, haha, maar ik weet er niet zo veel meer van.

Natuurlijk woonden we allebei nog thuis bij onze ouders, want pas 15 en 17 jaar oud toen. Maar gelukkig waren onze ouders ruimdenkend en mochten we bij elkaar logeren. Zo groeide onze relatie.

Eerste zeilervaring

Die zomer zou ik met mijn zusje op zeilkamp gaan. Mijn ouders waren net een nieuw avontuur aangegaan en hadden een huis, of beter gezegd een buitenkant van een huis, in Laren gekocht. Dat vroeg veel tijd, energie en geld van mijn ouders. Wij gingen die zomer dus niet op vakantie, maar mijn zus en ik mochten wel samen op kamp.

Die plannen veranderde nu ik Ben had leren kennen. Ben vroeg of ik misschien met hem en zijn moeder mee op zeilvakantie wilde. Zij hadden namelijk een eigen zeilboot. Dat moest ik thuis even overleggen. Maar zuslief vond het geen probleem om alleen op zeilkamp te gaan en zo deed ik mijn eerste zeilervaring op aan boord bij Ben en zijn moeder.

Wat ik me van die eerste zeilervaring kan herinneren is het gevoel van vrijheid en ruimte. Van genieten van het buiten zijn en het geluid van het water en de wind in de zeilen, het geluid van het tikken van lijnen tegen de mast. Natuurlijk was het ook best spannend om met z’n drieën zo dicht op elkaar te zitten. Zo zat het toilet aan het hoofdeind van het bed waar Ben en ik sliepen, en daar zat níet een wandje tussen… En op avonden dat het regende en we binnen zaten, was er niet veel ruimte om iets anders te doen dan een boek lezen of een spelletje spelen. Je kon in de boot niet eens rechtop staan. Soms best behelpen dus, maar al met al een goede ervaring.

Studietijd

Na de middelbare school ging ik naar de PABO in Utrecht. Werken met kinderen, hen verder helpen in hun ontwikkeling sprak mij aan en ik had het dan ook goed naar mijn zin op de PABO, waar je al direct in het eerste jaar stage mag gaan lopen en zo ervaring opdoet.

Tijdens onze studie zijn Ben en ik gaan samenwonen in Utrecht. Later huurden we een bovenwoning in Hilversum. En weer later kochten we dit huis zelf. We verbouwden het grotendeels eigenhandig en onze kinderen, Jord (1997) en Lars (1998) werden er geboren.

Een eigen boot

Toen ik hoogzwanger was van onze oudste zoon Jord, kochten we de boot over van de ouders van Ben. Die zomer gingen we met onze eigen boot, en Jord, toen 4 maanden oud, op zeilvakantie in Nederland.

Wederom gaf mij en ons dat een groot gevoel van vrijheid: je eigen huisje bij je en gaan en staan waar de wind je brengt. Maar ook het gevoel van avontuur: waar brengt de wind ons en hóe? Ik denk dat daar het zaadje is geplant voor het idee om met een zeilboot de wereld te gaan verkennen. In ieder geval bij mij. Ik kan me goed voorstellen dat Ben hier al eerder over droomde. En misschien ook al wel eerder eens heeft benoemd.

In de zomer daarna, 1998, werd Lars geboren. Lars deed zijn eerste zeilervaring op toen hij 6 weken oud was. Liggend in een wipstoeltje in de kuip of binnen tussen de banken op de grond. Dat ging prima. Lars schommelde op de golven in slaap. Ben had voor Jord van een fietsstoeltje een stoeltje gemaakt dat we op verschillende plekken in de boot konden monteren. Tijdens bijvoorbeeld in en uit de haven varen, zetten we Jord in het stoeltje zodat hij veilig zat.

Met twee opgroeiende kinderen en nog altijd de wens om te zeilen, ontstond de behoefte aan een iets grotere boot. Die kwam er in de zomer van 1999. In de jaren daarna zeilden we veel.

De eerste oversteek op zee

In 2000 deden we onze eerste ervaringen op met het maken van een oversteek. Dat jaar zeilden we in de zomervakantie een ‘rondje Denemarken’. Vanaf IJmuiden naar het noorden van Denemarken was voor ons 2 dagen en nachten varen. Achteraf vroegen mensen aan ons wat we dan deden en wat de kinderen dan deden in die dagen op zee. En eigenlijk hadden we geen idee. We namen ons voor daar de volgende keer speciaal op te letten. Dat mislukte… want ook na de tweede oversteek konden we op de vraag “wat doen jullie dan de hele dag?” geen antwoord geven. En misschien is dat ook wel kenmerkend: de dagen glijden voorbij, niets hoeft, ieder vindt zijn eigen ritme. Er is rust, ruimte en vrijheid op weg naar nieuwe plekken om te ontdekken.

Een andere koers

In 2005 hebben we de boot verkocht. Omdat er eigenlijk vaak andere dingen te doen waren, vonden we dat we te weinig tijd aan de boot konden besteden en er dus in verhouding veel geld naar toe ging. Hoewel ook jammer, was dat op dat moment ook prima. Er waren genoeg andere ervaringen op te doen. En onze tijd zou nog wel komen, zeiden we tegen elkaar. Wij zouden immers de wereld rond gaan zeilen ‘als we groot zijn’. Dat hadden we inmiddels al wel een paar keer benoemd.

In 2006 hebben wij het roer om gegooid. We verkochten het huis dat we in Hilversum hadden, ik nam ontslag en we vertrokken, met kids onder onze arm, naar Hank in Brabant. Ook hier was het weer de vrijheid en het avontuurlijke dat trok. In Hank kochten we een vrijstaand huis met klein huisje eraan vast. Het huis was nog helemaal casco en met hulp van een bevriende aannemer en veel eigen werk knapten we huis en huisje op.

In de jaren daarna runde ik in het huisje Bed&Breakfast ’t Voorhuis. Ik vond het leuk om steeds nieuwe mensen te ontmoeten en hun verhalen te horen. Maar begon toch wel het werken in een team te missen. Uiteindelijk ben ik weer aan het werk gegaan in het onderwijs. Langzaam deed ik steeds minder voor de B&B en werkte in steeds meer uren in het onderwijs. Uiteindelijk zelfs full-time en hebben we het huisje ‘vast’ verhuurd.

Niet dromen, maar doen!

In 2014 bezochten we, zoals we al vaak hadden gedaan, de HISWA. Op een mooie, maar dure boot, stonden we daar hardop te dromen. Een iets oudere man zei toen tegen ons “je moet niet dromen, maar doen”. Natuurlijk een bekende uitspraak, maar zo waar! Zijn vrouw bleek ziek te zijn geworden; ooit hadden zij ook de droom om de wereld rond te zeilen, maar nu kon dat niet meer.

Misschien was dat het laatste zetje dat we nodig hadden. We besloten in ieder geval stap 1 te gaan zetten. Voor ons was stap 1 het verkopen van het huis in Hank en het kopen van een appartement. Een groot vrijstaand huis achterlaten, terwijl je zelf misschien wel jaren weg bent leek ons niet zo’n praktisch plan.

In 2015 werd ik ziek. Wat begon met een griepje, liep uiteindelijk uit op ruim een half jaar ziek thuis. In die tijd bespraken Ben en ik ook onze plannen om ‘als we groot zijn de wereld te gaan verkennen met een zeilboot’. We spraken samen af dat we hoe dan ook zouden gaan. Kon het niet met een zeilboot, dan moest het maar op een andere manier.

Ik knapte gelukkig weer op en het zeilen rond de wereld kwam dichterbij dan ooit. “Als we later groot zijn” hadden we gedefinieerd als wanneer de kinderen op eigen benen konden staan en met twee jongens van tegen de 20 kwam dat nu echt dichterbij.

De ‘serieuze’ zoektocht naar een boot begon. De boot waar we uiteindelijk voor kozen is van het type dat we al heel lang geleden op de HISWA hadden gezien en waarvan we toen al tegen elkaar zeiden ‘met deze boot zouden we over de oceanen kunnen varen’.

En nu is het dan eindelijk zo ver: vrijheid en avontuur lonken.

Het is mooi hoe alles bij elkaar komt: het gevoel van vrij willen zijn, autonoom, en op avontuur en ontdekking willen gaan kreeg ik al van huis uit mee en is ook wat Ben en ik zo in elkaar herkennen. Maar ook het niet willen achterlaten van, zoals dat heet, een al te grote voetafdruk op onze wereld, spreekt me aan. Het kleiner en eenvoudiger gaan leven, meer leven naar wat de dag en de omgeving brengen is iets waar ik erg naar uit kijk.

– Felia van Hengstum